CLUB DE PETANQUE HEERLEN
CLUB DE PETANQUE, VARENBEUKERWEG 44, HEERLEN
Het spel - De boules: Eisen aan de boules: Een goede boules moet onder andere voldoen een goedkeuring door de FIPJP (Fédération Internationale de Pétanque et Jeu Provençal). Het gewicht, het merk en het persoonlijk nummer moeten altijd leesbaar zijn. Werpen volgens het boekje: De normale manier van werpen is al moeilijk genoeg. Gewoon rechtuit met een recht gestrekte hand die de boule nawijst zonder af te wijken. De houding van de hand: De duim blijft ver weg van de boule. De hand is goed gestrekt nadat de boule de hand verlaten heeft. Werpen met effect: Werpt men de boule niet rechtuit dan zal hij effect meekrijgen en van de rechte baan afbuigen. Meestal heel vervelend, behalve als je het zo bedoeld hebt. Bij het loslaten van de boule moet de hand gedraaid worden. De snelheid waarmee de hand gedraaid wordt bepaald de hoeveelheid effect, die een boule meekrijgt. Het inschatten van het effect en de afstand waarover dit resultaat moet hebben is voor de meeste spelers behoorlijk moeilijk. Spelregels petanque in een notendop: Het team dat de toss heeft gewonnen, zoekt een terrein uit en maakt een cirkel met een diameter van minimaal 35 centimeter en maximaal 50 centimeter. Vanuit de werpcirkel mag een speler van dit team het kleine houten balletje (ook wel but of cochonnet genoemd) op een afstand van ten minste 6 meter en ten hoogste 10 meter uitwerpen. Uit het team dat deze voorbereidingen heeft getroffen probeert een speler een boule zo strategisch mogelijk bij het but te plaatsen. De speler die het but uitwerpt, hoeft dus niet als eerste te spelen, het mag ook een medespeler zijn. Het werpen gebeurt vanuit de werpcirkel, waarbij de voeten contact met de grond moeten houden als er wordt gegooid. Verder moet de speler die een boule speelt er goed op letten, dat hij tijdens de worp binnen de cirkel blijft. Voordat de boule de grond of een andere boule heeft geraakt, mag de speler niet uit de cirkel komen. Beide voeten dienen contact met de grond te houden. Nu komt de tegenpartij aan de beurt, die gaat proberen een boule dichter bij het but te werpen. Dit kan door een boule beter te plaatsen of door de boule die op punt ligt weg te spelen, bijvoorbeeld door deze boule weg te schieten. Lukt dit niet, dan moet een nieuwe poging ondernomen worden. Dit kan zo doorgaan, totdat alle boules van een team zijn gespeeld. In dit geval heeft het andere team vijf boules over die nog gespeeld kunnen worden en een kans maken voor een hogere score. Lukt het de tegenpartij wel een boule dichter bij het but te werpen, dan is het eerste team weer aan de beurt. Je zou dus kunnen zeggen dat je moet spelen (behalve bij aanvang van een werpronde) wanneer het andere team op punt ligt of als het andere team geen boules meer heeft. Als alle boules van beide teams zijn gespeeld, wordt er gekeken hoeveel punten er zijn gescoord. Iedere boule die beter ligt dan de beste boule van de tegenpartij levert een punt op. Een winnend team kan zo per werpronde minimaal 1 punt en maximaal 6 punten scoren. Het team dat de voorgaande werpronde heeft gewonnen, mag de nieuwe werpronde beginnen. Er wordt een nieuwe werpcirkel getrokken op de plaats waar het but het laatst lag. Het team dat als eerste 13 punten bereikt, terwijl de tegenstander geen boules meer heeft te spelen, is winnaar. Diverse manieren van werpen: Men kan de boule vanuit gehurkte, zittende stand werpen, dit kan ook staand. Wat de beste manier is hangt van je eigen mogelijkheden af en van de afstand waarover de boule verplaatst moet worden. De boules kunnen ook op verschillende manieren geworpen worden. Laag en vlak, dus lang over de grond rollend. Dit heet een rouleau. Heel hoog en met een dusdanige boog dat de boule vrijwel recht naar beneden komt. Dit heet een portee. De boule rolt dan niet meer ver door en moet dus heel dicht bij de plaats waar je hem hebben wilt neerkomen. Tactiek: Over de tactiek bij het petanque zullen we proberen iets te vertellen. Leer je eigen kansen inschatten; kan ik de boule die op punt ligt verbeteren door te plaatsen of moet ik schieten om die boule weg te halen, met het risico dat de tegenstander een volgende boule weer net zo mooi op punt legt? Meestal zijn we er op gefixeerd om zelf een punt te scoren, maar soms kan het goed zijn om te voorkomen dat de tegenpartij veel punten scoort. Als we te veel boules moeten spelen om het punt van de tegenstander te verbeteren is het vaak beter om te zorgen dat je het de tegenstander moeilijk maakt, bijvoorbeeld door naast of voor het but te plaatsen (of nog liever voor de boules van de tegenstander) dan doorgaan in het proberen hun punt te verbeteren. Vaak is een biberon, een boule die tegen het but aan kleeft, een goede bal. De tegenstander zal dan schieten en als hij de boule raakt, verplaatst hij ook het but en ontstaat er een nieuwe situatie. Een devant-de-boule (jouw boule kleeft tegen de beste van de tegenstander) levert je tegenstander problemen op. Wanneer hij schiet om jouw boule te verwijderen, gaat zijn eigen boule ook mee en heeft hij dus minder punten. Christian Marty onderscheidt 3 fasen in een partij. De eerste fase loopt van 0 tot 7 punten, het verkennen van het terrein en de tegenstander. Hoe speel je zelf op dit terrein en hoe sterk is je tegenstander. Dus welke tactiek moet je toepassen. Het middengedeelte van de partij is zeer kort, eigenlijk alleen maar de punten 8 en 9. Zodra je hier bent kun je de partij in een goede werpronde (mene) beslissen. Of erger: in een slechte mene beslist je tegenstander de partij in zijn voordeel. Vanaf het 10e punt is de partij echt in haar eindfase. Er wordt nogal eens geadviseerd dan altijd offensief te spelen om te proberen als eerste bij het 13e punt te komen. Maar blijf je eigen kansen goed inschatten: te overmoedig spel wordt meestal afgestraft. Vier boules verspelen op een goed punt van je tegenstander kan hem veel voordeel opleveren. *Uitgave het Spectrum, 2e druk 1998 isbn 90 274 6445 6 Jeu de Boules: een sport voor het gehele jaar! Jeu de Boules is een buitensport, er zijn echter ook enkele riante binnenaccommodaties speciaal aangelegd voor deze sport. De binnenaccommodaties zijn verwarmd en van aangepaste verlichting voorzien. Bewegen en buitenlucht: goed voor uw gezondheid! Velen bewegen te weinig in de buitenlucht. Jeu de Boules wordt van april tot en met september buiten gespeeld. Gezonde buitenlucht, want deze sport speelt men meestal op terreinen in een bosrijke omgeving. Evenals de meeste sporten is Jeu de Boules een bewegingssport, die een beroep doet op uw conditie. Jeu de Boules: sociaal contact! Jeu de boules is een sport voor alle leeftijden. Voor jong en oud, voor dames en heren. Men speelt met en tegen elkaar. Deze sport is een ideaal tegenwicht tegen de dagelijkse beslommeringen in beroep en gezin. Velen ervaren dat dan ook aan den lijve. Gezondheidsoverwegingen en sociaal contact kunnen redenen zijn de Jeu de Boules-sport te beoefenen. Ontspanning door sport! Sport bedrijven is een goede en gezonde afleiding. Vooral Jeu de Boules is een sport die voor goede ontspanning zorgt, omdat men deze sport zowel recreatief als in competitieverband kan doen.